Reisgids voor Hornstrandir

Foto van Wikimedia, Creative Commons, door Mickaël Delcey. Geen bewerkingen aangebracht;

Hornstrandir is een natuurreservaat in de Westfjorden, in het noordwesten van IJsland. Het totale gebied beslaat 580 vierkante kilometer toendra, kliffen, bloeiende velden en ijs.

Ontdek de wonderen van deze regio door een rondreis door de Westfjorden te maken. Deze prachtige regio kun je bezoeken als onderdeel van deze 14-daagse selfdrive. Degenen die een auto huren en naar de Westfjorden reizen, kunnen het bezoeken op deze dagtour.

De gletsjer Drangajökull ligt in het zuiden van de regio.

Het natuurreservaat werd opgericht in 1975. Het grenst aan de schilderachtige fjorden Hrafnfjörður en Furufjörður en eindigt bij het veen van Skorarheiði.

Geschiedenis

Gezien de geïsoleerde ligging van het natuurreservaat, zelfs voor de Westfjorden, is het logisch dat Hornstrandir een rijke geschiedenis heeft die heel anders is dan die van het vasteland van IJsland. Landbouw was moeilijk gezien het terrein en de hoge kliffen in de regio, dus de eerste kolonisten kozen voor de visvangst en de jacht op vogels als belangrijkste bron van inkomsten.

De mensen die er woonden, verbleven vaak op enige afstand van elkaar, waardoor reizen van en naar boerderijen in de winter moeilijk was. In dit opzicht was het leven op Hornstrandir eenzaam en moeilijk vol te houden.

Vogelvrij verklaarden reisden vaak naar Hornstrandir in de hoop aan boord te gaan van buitenlandse schepen en een nieuw leven in het buitenland te beginnen. Behalve dat ze bang moesten zijn voor de wet, moesten ze ook oppassen voor ijsberen die zo nu en dan aan land dreven op een ijskap of overzwommen vanuit het naburige Groenland. Dit was vooral het geval tijdens de Mini-ijstijd aan het begin van het vorige millennium.

Flora en fauna

Er groeien ongeveer 260 verschillende soorten bloeiende planten en varens in Hornstrandir. Veel van deze soorten zijn inheems in het hele Westfjordengebied, andere zijn uniek voor het reservaat.

Een van de redenen voor deze weelderige plantengroei is dat Hornstrandir al tientallen jaren verstoken is van grazende dieren. Kniehoge planten strekken zich vaak kilometers ver uit, met als hoogtepunt een uitdagende wandeling door de wildernis.

Sinds de jaren 1950 heeft Hornstrandir geen permanente menselijke bewoners meer. Het gebied is ontoegankelijk voor gemotoriseerd verkeer en alleen een paar oude gebouwen en boerderijen herinneren nog aan de bewoningsgeschiedenis van het gebied. Het is echter wel het thuis van IJslands enige inheemse zoogdier, de brutale maar ongrijpbare poolvos, die aast op de vogels die nestelen langs de torenhoge rotswanden van Hornstrandir.

In heel Hornstrandir geldt een jachtverbod, wat betekent dat de vossenpopulaties vrij kunnen leven zonder de dreiging van menselijke inmenging. Dit betekent dat ze niet bang zijn voor reizigers en vaak een kamp naderen op zoek naar een hapje.

Het andere meest prominente zoogdier in de regio zijn veldmuizen, hoewel deze natuurlijk moeilijker te vinden zijn. Wat betreft het vogelleven kunnen liefhebbers veel nestelende soorten zien, met name noordse sterns, papegaaiduikers en zwarte zeekoeten. De regio heeft twee van de grootste vogelkliffen van Europa, die het kustparadijs van de baai van Hornvík overschaduwen.

De enige grotere is Látrabjarg, aan de andere kant van de Westfjorden.

Activiteiten in Hornstrandir

Wie wil wandelen, verkennen en overnachten in Hornstrandir moet een tent en voorraden meenemen als hij of zij 's nachts wil kamperen. Zoals eerder vermeld heeft het natuurreservaat geen wegen, permanente woningen of winkels, wat betekent dat degenen die hier in het wild trekken zelfvoorzienend moeten zijn.

Hierheen reizen vereist veel voorbereiding en bezoekers moeten goed voorbereid zijn met voedsel, water, warme lagen kleding en stevige wandelschoenen.

Wandelen naar Hornbjarg is een must-do activiteit in Hornstrandir; dit is de meest iconische natuurlijke attractie van het gebied, een torenhoge klif aan de top van het natuurreservaat.

Het gebied is alleen toegankelijk voor georganiseerde excursies tijdens de zomermaanden (mei, juni, juli en af en toe augustus). In de winter mogen alleen speciaal toegestane excursies het gebied in.